Op pad gaan in het duister en de weg kwijt raken

Dwalend lampje met een Italiaanse gloed

De temperatuur dwingt ons vroeg te vertrekken

Ik ben onderweg van Santo Domingo de la Calzada naar Belorado. Een afstand van ongeveer 22 kilometer. Prima te doen, niet al te ver, en ik heb inmiddels al zoveel dagen gelopen en zoveel kilometer gewandeld dat 22 kilometer een mooie afstand is. De warmte “jaagt” de pelgrims vroeg uit bed. De temperatuur is al ruim in de twintig graden. Het is 05:00 uur. Daar heb ik geen moeite mee, ik ben altijd al een vroege vogel geweest. Na het vertrek loop ik al snel op de donkere paadjes buiten het stadje.

Santo Domingo de la Calzada is een klein stadje in de regio La Rioja van Noord Spanje. Het is vernoemd naar zijn stichter Domingo García. Een kluizenaar die leefde in de 11e eeuw. Hij wijdde zijn leven aan het verbeteren van de omstandigheden voor pelgrims. Zo bouwde hij de brug over de Rio Oja om de oversteek veiliger te maken.

Een van de bezienswaardigheden is de kathedraal. Gebouwd in de 12e eeuw ter ere van, juist ja, Santo Domingo. De kathedraal is bekend om zijn barokke toren en het feit dat er, in de kathedraal, een kippenhok is gehuisvest. Een herinnering aan een lokale legende waarin een “geroosterde” kip weer tot leven kwam en zo het leven redde van een ter dood veroordeelde. Een mirakel.

Ik loop dus op de donkere paadjes net buiten het stadje. Ik vind goed mijn weg met een klein lampje en met de route op mijn telefoon. Handig in het donker, overdag niet nodig omdat de Camino zo goed aange-geven wordt door de gele pijlen en schelpen.

Ik geniet van de rust en de vroege ochtendsfeer. Het wandelt heerlijk. Mijn gedachten dwalen alle kanten op en…….mhhh…in de verte zie ik ook wat dwalen. Een fel, klein “lampje” komt mijn kant op. Of nee toch niet, het gaat weer terug, naar rechts, stopt dan even en gaat dan weer naar links. Dan is het plots weg. Mijn Nederlandse-brein denkt aan een fietser, maar daar is het patroon te grillig voor. Door de vele bochten is het niet constant in beeld. Nu komt het “lampje” mijn kant op. Het is fel en verblind mij een beetje. Dan staat het “lampje” vlak voor me, ik spreek het “lampje” aan; ’Buenos días”, ‘Good morning’, ‘Goedemorgen’, ik probeer maar gelijk een aantal talen. Ik vraag of alles oké is.

Dan hoor ik een bekende stem ‘O yes, thank you. How great, it’s you Wim’. Het is Rachel uit Italië. We hebben elkaar de afgelopen dagen onderweg al een paar keer gezien en gesproken. Ze is de weg kwijt en kan geen aanwijzingen vinden. Ze is blij mij te zien zo in het donker. Ik bied haar aan op samen verder te wandelen tot het weer wat lichter is. Ze is blij met mijn aanbod en we gaan verder samen op pad. We gaan op zoek naar een ontbijtje.

Hoe gaat het in Italië?

Onderweg bespreken we de situatie in Italië. Het is 2019 en Berlosconi was niet meer aan de macht maar economisch stond Italië er slecht voor. Werkeloosheid heeft haar gedwongen om tijdelijk in een ander land te gaan werken. Het immigratie probleem, de huisvesting de slechte economie. Het komt allemaal voorbij maar ook wij kunnen het niet oplossen. Het blijven zulke grote uitdagingen en kijk maar, nu ik deze blog schrijf in 2024, zijn dit nog steeds onderwerpen die zeer actueel zijn.

Rachel en ik lopen zo samen kletsend verder en hebben trek in een ontbijtje. Dat vinden we in een klein dorpje bij een barretje wat net open is. We drinken “Café con leche” en we hebben heerlijke verse croissantjes. Samen met een glas verse “Zumo de naraja” is dit een heerlijk ontbijt. Rachel wil nog wat langer blijven zitten, ik wil weer verder. We nemen afscheid voor vandaag en Rachel bedankt me voor het gezelschap en het meelopen in het donker.

Ach, zo gaat dat, pelgrims onderweg helpen elkaar daar waar dat kan.

Vandaag dus een dag met een Italiaans sfeertje.

Buen Camino